Muchas gracias!

5 mei 2015 - Lima, Peru

Zoals Wood in het vorige blog al schreef is het deze keer mijn beurt om onze ervaringen in Zuid-Amerika te delen. Voor degene die mij niet kennen, ik ben Tim, ook oud bewoner van het pand en heb iets meer dan vier weken met Freek en Tim meegereisd. Ga er maar goed voor zitten want in deze vier weken hebben we in een enorm tempo van alles gezien en gedaan wat het delen waard is.

Mijn reis naar Freek en Tim in Sucre begon op 31 maart met een hoop storm vanaf Schiphol. Na ruim 2,5 uur vertraging vertrok mijn vlucht naar Madrid waar ik onder begeleiding gelukkig net mijn overstap haalde. Vervolgens bleek vlak voor het opstijgen in Madrid dat het toestel met een technisch probleem kampte waardoor in nog twee uur extra vertraging had. Nadat ik dacht alles gehad te hebben bleek bij aankomst in Santa Cruz dat mijn bagage nog in Madrid stond.

Afijn, na al dit gedoe werd ik na een korte binnenlandse vlucht onthaald door Freek en Wood in Sucre waar de echte reis ging beginnen.

Om gelijk een goed beeld van het mooie landschap in Bolivia en Sucre te krijgen zijn we gaan hiken richting een aantal watervallen net buiten de stad. Hier hebben we onder de watervallen gezwommen en wat spelletjes gedaan. In de avond hebben we de bus van ongeveer vier uur gepakt naar Potosi, de hoogste stad ter wereld, gelegen op 4100 meter.

In Potosi hebben we de eerste dag in en om een hotspring van een vulkaan gechilld omgeven door hoge bergen. In het midden van de hotspring was het 35 graden en kwamen de bubbels nog continu omhoog. Waar we eigenlijk echt voor kwamen was de zilvermijn van Potosi. Hier wordt vandaag de dag nog steeds gezocht naar zilver en andere mineralen. De tweede dag in Potosi zijn we met een gids de mijn in gegaan nadat we eerst wat cadeaus voor de mijnwerkers gekocht hadden. Onder ander drank met 96% alcohol en dynamietstaven! De mijn en vooral de verhalen die de gids erover vertelde waren heel indrukwekkend. Zo kon er ten tijde van de Spaanse overheersing letterlijk een brug van zilver gebouwd worden van Potosi naar Spanje, zoveel zilver werd er gevonden. Het werken in de mijn is echter niet zonder risico’s. Zo vallen er nog steeds tientallen doden per jaar door het instorten van gangen en het inademen van de giftige gassen die vrijkomen. Al met al een bijzondere ervaring, zeker met de gedachte dat de mijn nog maximaal 10 tot 15 jaar open zal zijn in verband met instortingsgevaar. In de middag werd het bezoek aan de mijn nog kracht bijgezet door ons bezoek aan het muntenmuseum. Hier werd nog meer verteld en laten zien over de geschiedenis van de mijn en de invloed die de Spanjaarden hadden.

Aan het eind van de dag hadden we de bus weer door naar Tupiza. In dit stadje begon na een paar uur slaap onze vierdaagse tour naar Salar de Uyuni. Deze zoutvlakte stond als één van de hoogtepunten op de planning. De eerste drie dagen van de tour zouden we in een Jeep met zes personen, waaronder onze gids en chauffeur Elvis en twee andere toeristen, door het schitterende lege berglandschap van Bolivia rijden richting de zoutvlakte. Tijdens deze drie dagen zijn we verwend met uitzichten op 6000+ meter hoge (actieve) vulkanen, besneeuwde bergtoppen, natuurlijke geisers, vulkanisch gesteente, een hot spring, en verschillend gekleurde meren zoals: Laguna Verde (groen), Laguna Colorada (roze), Laguna Negra (zwart) en nog vele andere. Ook hebben we allerlei dieren zoals: lama’s, vicunãs, een woestijnkonijn en flamingo’s in het wild gezien. Aan de vooravond van ons bezoek aan de grootste zoutvlakte ter wereld sliepen we, hoe toepasselijk, in een hostel geheel opgebouwd uit zout. Zelfs de bedden en het meubilair bestonden eruit. Om de zonsopgang op de vlakte te kunnen zien ging de wekker om 5:00 uur en vertrokken we naar een soort eiland vol met cactussen op de zoutvlakte. Hier hebben we de zonsopgang bewonderd en ontbeten. Na het ontbijt zijn we met onze jeep ergens midden op de 12000 vierkante kilometer grote en 92 meter dikke zoutvlakte gestopt om de mooiste en grappigste foto’s te maken door te spelen met de diepte. Een zonnebril was hier geen overbodige luxe met de weerkaatsing van de zon op de witte ondergrond. Zonder echt iets gedaan te hebben op de zoutvlakte was dit voor ons alle drie één van de hoogtepunten in deze vier weken. Om overal om je heen, tot aan de horizon, alleen maar zout te zien was echt iets magisch. Nadat we alle drie zelf nog een stukje in de jeep over dit vroegere zoute meer (zoutvlakte) te hebben gereden zijn we nog naar een treinen kerkhof gegaan waar we onze Uyuni tour afsloten en gedag zeiden tegen onze toffe gids en chauffeur Elvis die met ons onderweg een hoop muziek heeft meegezongen.

Na deze geslaagde tour hebben we de nachtbus naar onze volgende bestemming La Paz genomen. Op het vliegveld van La Paz kon ik eindelijk mijn bagage ophalen na een week geleefd te hebben in geleende kleding van Freek en Tim. In La Paz kwamen we voor “Death Road”. Deze ‘weg’ gaat langs de afgrond naar beneden en is eigenlijk geen weg te noemen. Op de mountainbike ga je hier dus naar beneden. Wij als Nederlanders moesten natuurlijk wel bewijzen dat we uit een fietsland kwamen en gingen dan ook als nummer 1,2 en 3 zo hard mogelijk naar beneden. Wood lukte het zelfs om de gids die hem dagelijks rijdt in te halen. Dat het niet zonder risico was bleek want Freek heeft nog een goede koprol over zijn fiets gemaakt (gelukkig niet richting het ravijn) en Wood en ik gleden bijna onderuit. Maar goed, de risico’s en het geweldige uitzicht over de afgrond maakte Death Road juist een hele toffe ervaring. “We survived Death Road”!

De volgende bestemming op de reis was Copacabana, een kleine toeristisch stadje bijna op de grens van Peru gelegen aan Lake Titicaca. Na eindelijk een keer uitgeslapen te hebben zijn we naar het uitzichtpunt geklommen waar we een overzicht hadden over de stad, Copacabana beach en het enorme meer. Op dit uitzichtpunt hebben we met zijn vieren (Ross is vanaf La Paz weer met ons meegegaan) wat gefilosofeerd over hoe bijzonder de wereld en alles wat we nog niet weten wel niet is. S’ middags hebben we voor iets meer dan een tientje (euro) twee jetski’s gehuurd voor 20 minuten om over Lake Titicaca te knallen. Een leuk extraatje. Voor de volgende dag hadden we een tour geboekt naar het eiland Isla del Sol waar verschillende ruïnes van de Inca’s te zien waren. De verhalen over hoe de Inca’s overal over nadachten waren indrukwekkend maar het eiland viel ons wat tegen. Na terugkomst van de tour hebben we de bus gepakt de grens over naar Arequipa in Peru.

Arequipa is de tweede stad van het land waar al goed het verschil tussen Bolivia en Peru te zien was. Tijdens de Free Walking Tour die in bijna elke stad in Peru wordt aangeboden bleek dat met name het centrum al veel meer ontwikkeld was dan heel Bolivia. Na de tour hebben we met het thuisfront gefacetimed en de kwartfinale van de Champions league gekeken. De volgende ochtend ging de wekker al om half 3 voor de start van de Colca Canyon tour. Niet veel mensen hebben eerder van deze Canyon gehoord maar deze is twee keer zo diep als de Grand Canyon in Amerika! Bij de eerste stop, voordat onze hike de vallei is zou beginnen, hebben we Condors gespot die boven de vallei zweven. De hike naar de bodem van de vallei was ongeveer 18 kilometer voordat we, als eerste met meer dan een uur voorsprong op de rest van onze groep, bij ons ‘resort’ aankwamen met zwembad! Na een gezellige avond met kaartspelletjes viel Wood in het donker nog even vol in een modderpoel waardoor heel zijn spijkerbroek onder zat. De volgende ochtend weer om 5:00 uur uit bed om zonder ontbijt de hike omhoog te starten. Deze hike was 5,5 km lang waarvan 1100 hoogtemeters! Het record van een toerist stond ooit op 70 minuten. Wij waren binnen 90 minuten als eerste van de dag op de top!

De bus naar onze volgende bestemming Cuzco was onze meest luxe van de hele reis. Onze bagage werd ingecheckt, we werden een soort van gefouilleerd, kregen vliegtuigvoedsel in de bus en hadden zelfs wifi! Deze 11 uur kwamen we dus wel door. In Cuzco aangekomen kwamen we Kevin tegen, een Nederlander waar Freek en Wood in Sucre al veel mee opgetrokken waren. Die eerste dag hebben we wat informatie opgedaan voor de Machu Picchu trail die wilde gaan lopen en liepen we heel toevallig Mara (een oud klasgenootje) uit Bergschenhoek tegen het lijf. In de avond hebben Freek en ik het voetvolley toernooi in het hostel op onze naam geschreven en zijn we daarna nog gaan stappen. Na een aantal dagen rustig aan gedaan te hebben stond op 20 april de start van onze “Jungle Trail” richting Machu Picchu op het programma. Op de eerste dag begonnen we met mountainbiken (helaas niet off-road dit keer). Wood begon iets te enthousiast en ging vol onderuit in een van de eerste bochten nadat hij stoer tegen Freek riep dat die echt niet hoefde te remmen. Zijn sneakers, zijn voet en zijn pols waren hierdoor wat gehavend maar gelukkig kon hij door. Nadat we onze spullen bij ons eerste hostel afgegooid hadden zijn we gaan raften in een rivier met een moeilijkheidsgraad van 3 tot 4 op een schaal oplopend tot 5. Deze stukken waren best vet om te doen. Dag twee van de jungle trail bestond uit een hike van 18 kilometer waaronder een stuk over de originele Inca trail. De nacht ervoor was ik echter ziek geworden en dus moest ik helaas na twee uur lopen afhaken. De gids liet me echter aan mijn lot over en ik moest zelf maar zien hoe ik bij het volgende hostel terecht zou komen. Met hulp van Wood, Freek en Ross ben ik in een taxi gestapt die me via een soort van “Death Road” naar mijn hostel bracht. Onderweg onder watervallen door en moest er gewacht worden op een bulldozer om afgevallen rotsblokken van de weg te halen. Na een goede dag- en nachtrust stond op de derde dag ziplinen oftewel tokkelen tussen de bergen boven de jungle op het programma. Best wel spannend want twee weken eerder was hier een toerist bij overleden. Met snelheden tot 90 km per uur gingen we in totaal 3,5 kilometer via een kabel naar beneden. En wederom gaf dit weer een adrenalinekick. Na het ziplinen moesten we 2,5 uur langs een treinrails lopen naar ons hostel in Machu Picchu town. Dit toeristische dorpje ligt onderaan de berg waarop Machu Picchu zich bevindt. Op de vierde dag stond het wereldwonder Machu Picchu, de Inca stad, al vroeg op het programma. Om 5:00 uur ging de brug open vanaf waar de uitgesleten Inca trap van rotsen omhoog begon. Wederom een zware klim omhoog met 1350 hoogtemeters over een afstand van 1750 meter totaal. Oftewel bijna letterlijk verticaal omhoog. Na veel goede verhalen gehoord te hebben bleek het in het echt nog indrukwekkender dan verwacht. Wat een prachtig bouwwerk gemaakt door mensenhanden, water, steen en hout. Behalve de prachtige locatie op 2400 meter hoogte omringt door andere bergen, maken vooral de verhalen over de Inca’s het bouwwerk zo bijzonder. Echt over alles in deze Inca stad is nagedacht. Zo zijn ramen zo geplaatst dat ze door de zon en schaduw kunnen vertellen welke maand het is, zijn er terrassen voor de landbouw met drainagesystemen, hebben ze een speciale plek met een plas water waarin de sterrenhemel weerkaatst zodat ze de sterren kunnen “aanraken” en kunnen leren over het heelal, werden rotsen perfect passend gemaakt als bouwstenen door het gebruik van water en hout en is de stad is in de vorm van een Condor (het belangrijkste dier voor de Inca’s). Volgens de meest waarschijnlijke theorie is Machu Picchu in de 15e eeuw gebouwd als buitenverblijf voor koningen. Na de rondleiding van onze gids door Machu Picchu hadden we zelf nog een paar uur vrije tijd om naar de “Sungate” te hiken waar je Machu Picchu van bovenaf kon zien. Op de terugweg naar beneden hebben we nog een stempel in ons paspoort van Machu Picchu gescoord en begon de lange hike terug naar beneden. Om geld te besparen zouden we met de bus terug naar Cuzco gaan ipv de snellere trein te nemen. De busrit was echter echt een hel van zeven uur doordat de chauffeur met volle snelheid elke haarspeldbocht nam. Wood kwam dan ook kotsmisselijk uit de bus. De volgende ochtend voelde Wood zich nog steeds heel slecht en zijn we naar de dokter met hem gegaan. Hier bleek hij na een bloedtest een parasiet in zijn lichaam te hebben en kreeg hij antibiotica. Omdat het hostel in Cuzco erg goed was en er meerdere bekende waren besloot Wood daar uit te zieken terwijl wij verder konden reizen naar Huacachina. We zouden elkaar dan in Lima weer zien.

Huacachina is een oase in de woestijn vlakbij de kust van Peru. De dag van aankomst hebben we vooral genoten van het weer (eindelijk echt lekker warm) en terrasjes. Aan het eind van de middag hebben Freek in ik blikjes bier gekocht en zijn we op een berg in de woestijn geklommen om vanaf daar onder het genot van onze biertjes de zonsondergang te zien. We waren nog nooit in de woestijn geweest dus dit was echt weer een bijzondere ervaring, ondanks het zand dat letterlijk overal zat. De volgende dag gingen we doen waarvoor we gekomen waren: sandboarden. Met een dunebuggie gingen we de woestijn in om vervolgens van verschillende bergen af te sandboarden met onze gehuurde snowboards. Zonder al te veel snowboard ervaring (Tim nul en Freek een beetje) en een beetje kaarsvet onder ons board waren de laatste twee enorme heuvels wel een beetje pittig en spannend. Maar we did it! Weer een te gekke ervaring rijker. Onze laatste halve dag in de oase besloten we bij het zwembad te genieten. Aan het eind van de middag hadden we een korte busreis naar Paracas, een stadje aan de kust. Vanaf hier vertrokken tours naar Islas Ballestas. Een eilandje met veel wildlife dat vergeleken wordt met de Galapagos eilanden. De volgende ochtend stapten we in onze toerboot om Pelikanen, Pinguïns en Zeeleeuwen te gaan spotten. We werden zeker niet teleurgesteld want op dit prachtige eiland waren we nog geen vijf meter verwijderd van al deze dieren. We hadden zelfs het geluk om zeeleeuwen te spotten die hun jongen leerden zwemmen. In de middag hadden we ook nog een bus tour door het nationaal beschermd reservaat van Paracas. Hier hebben we een rood strand gezien dat ontstaan is door afgesleten vulkanisch gesteente dat aanspoelt. Verder viel deze tour ons een beetje tegen na alle geweldige uitzichten die we eerder al gezien hadden. Na de tour moesten we in Lima zien te komen. Normaal boeken we voor dit soort trips een directe bus maar dit keer besloten we als locals te reizen met een collectivo. Hier betaalden we voor het stuk waar we de dag ervoor 25 soles (ongeveer €7,50) betaalden nu 2 soles per persoon (nog geen euro). Vanaf daar nog vier uur met de bus naar Lima. Wood stapte op dat moment in Cuzco op het vliegtuig naar Lima waar we elkaar s’ avonds weer zouden ontmoetten.

De laatste bestemming van mijn reis was de stad Lima. De stad die bekend staat om de goede keuken. Na tips uit de Lonely Planet zijn we eerst de cliffs aan de kust van Lima gaan bekijken en vervolgens gelopen naar Barranco om bij een lekker Mexicaans restaurantje te lunchen. Na een goede burrito en quasedia hebben we ons toetje op bij een ander restaurant uit de Lonely Planet gegeten dat hierom bekend stond. En man dat toetje verrukkelijk. Een merengue chocolade taart besprenkeld met kokosnoot snippers, mmm. Omdat de restaurants in de middag zo goed waren besloten we s’ avonds  nog een andere te proberen met lokale gerechten. Het aanbevolen gerecht uit de Lonely Planet bleek echter varkensmaag te zijn en smaakte niet heel best helaas. De volgende dag hebben we een stadswandeling gemaakt door het oude centrum van Lima. Op de schitterende pleinen is aan de architectuur duidelijk de invloed van de Spanjaarden te zien. Voordat we bij Plaza de Armas (het centrale plein) uitkwamen zijn we eerst nog in een kerk geweest waar in 1541 de eerste mis in Lima werd gehouden. Deze kerken zijn prachtig en vol met goud. Aan Plaza de Armas ligt het paleis van de president waar elke dag rond 12 uur de wisseling van de wacht plaatsvindt. Deze ceremonie met een hoop muziek duurde bijna een uur maar was leuk om mee te maken. Na de wisseling van de wacht sloten we onze stadstour af in Chinatown. Vanaf daar hebben we de taxi gepakt naar El Anano, een sandwichbar die als beste aangeschreven stond in Lima. En dat klopte. Broodjes met vier soorten vlees en de heerlijkste fruitsapjes voor een schijntje. Tussen het eten door speelde we nog lekker een potje tafeltennis op het dakterras van ons hostel. In de avond gingen we op zoek naar restaurant waar ze de lokale delicatesse cavia serveerden. Helaas hebben we geen restaurant kunnen vinden. Mijn laatste volle dag van de reis hebben we wat door het ‘cat park’ tegenover ons hostel gelopen met onze Belgische buren en Ross en vervolgens weer bij El Anano geluncht. Als afsluiter hebben we s’ avonds de licht- en muziekshow in het park met 14 fonteinen bekeken. Bij aankomst in het hostel nog de laatste dingen geregeld en mijn wekker gezet voor de volgende ochtend. Op de laatste ochtend Wood en Freek een knuffel gegeven en in de taxi gesprongen naar het vliegveld, op naar huis.

We hebben zoveel toffe herinneringen gemaakt in deze relatief korte tijd dat ik met jullie mee was, dat ga ik nooit meer vergeten! Gasten, muchas gracias en geniet van jullie verdere trip!

Tim

Foto’s